Onderzoek van de fagocytosecapaciteit bij tarbot (Psetta maxima)
Declerck, D. (2000). Onderzoek van de fagocytosecapaciteit bij tarbot (Psetta maxima). Mededelingen van het Departement Zeevisserij (CLO Gent), 255. Centrum voor Landbouwkundig Onderzoek - Gent, Departement Zeevisserij: Gent. 10 pp.
Deel van: Mededelingen van het Departement Zeevisserij (CLO Gent). Ministerie van Middenstand en Landbouw. Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie. Departement Zeevisserij: Gent. , meer
Bij het onderzoek van de fagocytosecapaciteit van tarbot (Psetta maxima) werd vooreerst de methode onderzocht om de fagocyten af te zonderen. Daarna werd het fagocytose proces zelf bestudeerd waarbij de invloed van het medium, de temperatuur en de ouderdom van de fagocyten op de fagocytosecapaciteit werd bepaald. Een goede fagocytosecapaciteit werd bekomen met het AIMV-medium. De toevoeging van serum dat afkomstig was van kabeljauw bleek remmend te werken bij het fagocyteren van de gedode gistcellen. Voor wat de invloed van de temperatuur op de fagocytose betreft, nam bij 4°C circa 60% en bij 12°C en 20°C slechts 30% van de fagocyten deel aan het fagocytoseproces. Uit de proefnemingen omtrent de invloed van de ouderdom van de fagocyten op de fagocytosecapaciteit kwam tot uiting dat de afgezonderde fagocyten 6 dagen bruikbaar waren bij een bewaartemperatuur van 12°C. De bepaling van de fagocytosecapaciteit vond haar toepassing bij de kweek van tarbot waarbij verschillende voedselregimes werden gebruikt. Hierbij kwam tot uiting dat de invloed van het basisregime op de conditie van tarbot minstens 8 weken blijft doorwerken na de vervanging van de basisregimes door visafval.
Alle informatie in het Integrated Marine Information System (IMIS) valt onder het VLIZ Privacy beleid