IMIS - Marine Onderzoeksgroepen | Compendium Kust en Zee

IMIS - Marine Onderzoeksgroepen

[ meld een fout in dit record ]mandje (1): toevoegen | toon Print deze pagina

one publication added to basket [329393]
Blue Carbon in het Verdronken Land van Zuid-Beveland
van Belzen, J.; Bouma, T.J.; Ysebaert, T. (2020). Blue Carbon in het Verdronken Land van Zuid-Beveland. NIOZ-rapport, 2020(03). NIOZ Royal Netherlands Institute for Sea Research: Yerseke. 63 pp. https://doi.org/10.25850/nioz/7b.b.z
Deel van: NIOZ-rapport. Netherlands Institute for Sea Research (NIOZ): Den Burg. ISSN 0923-3210, meer
Peer reviewed article  

Beschikbaar in  Auteurs 

Author keywords
    Natuurherstel; Blue Carbon; Koolstofvastlegging; Oosterschelde; Sediment; Zandhonger; Intergetijdengebieden; Schorren; Kwelders

Auteurs  Top 

Abstract
    Binnen het kader van de zogenaamde Klimaat Envelop 2019 (KE2019) voor natte natuur wordt onderzocht of het vastleggen van koolstof door onder andere schorren (en kwelders) en andere mariene ecosystemen - ook wel 'Blue Carbon' genoemd - kansen biedt om natuurontwikkeling en klimaat mitigatie te combineren. In het geval er emissiereductie kan worden behaald, is het eventueel mogelijk om hier koolstofcertificaten aan te verbinden en op deze wijze natuurprojecten te initieren die anders niet van de grond zouden komen. Om deze mogelijkheden verder te verkennen is gekeken naar een gebied waar in een eerdere studie een groot Blue Carbon potentieel werd ingeschat: het Verdronken Land van Zuid-Beveland. Dit schorrengebied in de Kom van de Oosterschelde, kampt al vele decennia met afkalving als gevolg van de zandhonger. In het verleden is een deel van de schorrand vastgelegd met stenen dammen om deze afkalving te verminderen. Maar een groot deel van de schorrand is nog steeds onbeschermd en erodeert. Hier liggen mogelijk kansen voor behoud van natuur en de bijbehoren ecosysteemdiensten zoals de rol van schorren in waterveiligheid. Mogelijk kan een goede Blue Carbon potentie bijdragen om tot natuurontwikkelingsmaatregelen te komen waarbij de schorranderosie wordt gereduceerd en schorontwikkeling wordt gestimuleerd. Om tot een goede inschatting te kunnen komen of Blue Carbon een bijdrage kan leveren aan natuurontwikkeling van het Verdronken Land van Zuid-Beveland is het relevant om te weten wat de huidige staat van het gebied is en wat de oorzaken van de ontwikkeling in de afgelopen decennia zijn. Verder is het nodig om de hoeveelheid koolstof die in het gebied ligt opgeslagen te weten en welke bijdrage het gebied in de toekomst zou kunnen leveren aan de koolstofvastlegging onder huidig en aangepast beheer, daarbij rekening houdend met zeespiegelstijging. Daarvoor worden mogelijke maatregelen voor het reduceren van schorranderosie en het stimuleren van schorontwikkeling in dit gebied in kaart gebracht. Daarbij worden zowel naar buitendijkse als binnendijkse maatregelen gekeken. De schorren van het Verdronken Land van Zuid-Beveland bestaan uit Rattekaai (131 ha) en Roelshoek (23 ha). De huidige staat van deze schorren en de ontwikkelingen in de afgelopen decennia, alsmede de huidige koolstofvastlegging, zijn op basis van recente literatuur en gegevens ingeschat. Mogelijkheden voor maatregelen voor het reduceren van schorranderosie en stimuleren van schorontwikkeling zijn op basis van literatuur en ervaring opgedaan binnen het NIOZ in kaart gebracht. Vervolgens zijn met behulp van een simpel biogeomorfologisch model inschattingen gemaakt van de koolstofvastlegging voor de komende 50 jaar. Daarbij zijn inschattingen gemaakt van de ontwikkelingen in koolstofvastlegging voor verschillende zeespiegelstijgingsscenario's en bij verschillende maatregelen tot reductie van de schorranderosie. Momenteel eroderen de schorranden nog met 0,45 - 0,6 m/jaar. De verwachting is dat de schorranderosie in de toekomst gaat toenemen door de afname van de hoogte van het slik met 2,5-3 mm/jaar als gevolg van de zandhonger, waardoor grotere golven de schorrand kunnen bereiken. Opmerkelijk is wel dat de schorren nog steeds ophogen met 6 - 7,7 mm/jaar ondanks de lage gemiddelde sediment beschikbaarheid in de waterkolom. Er wordt echter nog voldoende sediment in suspensie gebracht door golven tijdens stormachtige condities waardoor sediment op de schorren blijft sedimenteren. Door deze bodemophoging in het schor is de netto koolstofvastlegging momenteel positief (627 ton CO2-eq/jaar), ondanks dat er ook veel koolstof in de schorrenbodem verloren gaat door schorranderosie (-168 ton CO2- eq/jaar). De koolstofvastlegging zou dus zo'n 27% hoger kunnen zijn als schorranderosie wordt tegen gegaan. Het is aan te bevelen om maatregelen te nemen tot erosiereductie van de schorrand en het stimuleren van schorontwikkeling. Op dit moment verliezen de schorren oppervlakte door schorranderosie en is er weinig tot geen herstel door vestiging en aangroei. Hierdoor verliezen de schorren op termijn ook andere belangrijke ecosysteemdiensten, zoals die voor de waterveiligheid. Maatregelen om verdere erosie van de schorrand te reduceren leveren ook direct een positieve en additieve bijdrage tot de netto koolstofvastlegging van de schorren. Vanuit de modelering is duidelijk dat op termijn (rond 2035) de balans van netto vastlegging naar netto emissie kan omslaan. Afhankelijk van het succes en de mate van implementatie van de maatregelen wordt dit omslagpunt tientallen jaren uitgesteld of helemaal tegengegaan. Maatregelen zoals het aanleggen van rijshouten dammen, en/of het aanplanten van slijkgras met behulp van geotextiel of biologische afbreekbare structuren worden als meest geschikte opties gezien om schorranderosie te reduceren en schorontwikkeling op gang te brengen. Het is daarom aan te bevelen in te zetten op het ontwikkelen van een pilot waarbij deze verschillende methoden worden getest op effectiviteit. Op langere-termijn is het de verwachting dat door de zandhonger maatregelen om schorontwikkeling te stimuleren en schorranderosie te reduceren niet meer afdoende zullen zijn om de schorren te behouden. Er is onderzocht wat de mogelijkheden zijn om de schorren binnendijks te laten ontwikkelen. Binnendijks is er een grote potentie om schorren te ontwikkelingen en daarmee veel sediment vast te leggen. Een kanttekening daarbij is de sedimentbeschikbaarheid in de Oosterschelde. Het feit dat de schorren in dit deel van de Oosterschelde nog steeds ophogen door resuspensie van het sediment door golven op de voorliggende slikken biedt mogelijk wel kansen tot binnendijkse ontwikkelingen, eventueel aangevuld met suppleties. Er is een grote onzekerheid over de hoeveelheid vastgelegde koolstof die meegerekend mag worden als vermeden uitstoot. Dat komt doordat de samenstelling van de koolstof die opgeslagen ligt in het Verdronken Land van Zuid-Beveland niet goed bekend is. Om hier verbetering in te brengen is meer kennis nodig over de herkomst en dynamiek van de koolstof in deze schorren. Dit kan door de bodemopbouw te onderzoeken en de verschillende fracties en ouderdom van de koolstof hierin nader te bepalen. Hand in hand hiermee is het aan te bevelen om de modellering rond schordynamiek en koolstofvastlegging te verbeteren. Daarbij zal moeten worden gekeken hoe verschillende aspecten zoals de herkomst, ouderdom en stabiliteit van de koolstof meer expliciet geintegreerd kunnen worden. Hierdoor wordt het mogelijk om gerichter te werken aan kennisontwikkeling naar de herkomst en dynamiek van koolstofvastlegging in schorren. Kennis die nodig is om beter in te kunnen schatten wat het additioneel effect is van beheer- en ontwikkelingsmaatregelen van schorren op de koolstofvastlegging, alsmede effecten van klimaatverandering zoals zeespiegelstijging.

Alle informatie in het Integrated Marine Information System (IMIS) valt onder het VLIZ Privacy beleid Top | Auteurs