IMIS - Marine Onderzoeksgroepen | Compendium Kust en Zee

IMIS - Marine Onderzoeksgroepen

[ meld een fout in dit record ]mandje (0): toevoegen | toon Print deze pagina

Bijdrage tot de studie van de patch van scholeieren (Pleuronectes platessa) (Linnaeus 1758) voor de Belgische kust
Van Keymeulen, Y. (1979). Bijdrage tot de studie van de patch van scholeieren (Pleuronectes platessa) (Linnaeus 1758) voor de Belgische kust. MSc Thesis. Vrije Universiteit Brussel: Brussel. 59 pp.

Thesis info:

Beschikbaar in  Auteur 
Documenttype: Doctoraat/Thesis/Eindwerk

Trefwoord
    Marien/Kust

Auteur  Top 
  • Van Keymeulen, Y.

Abstract
    In de Noordzee zijn er verschillende paaiplaatsen, maar die van de Zuidelijke Bocht is de belangrijkste. Deze ligt op ongeveer 50 km van de Belgische kust in de omgeving van de Noordhinder. De eieren die daar gelegd worden, worden door de residuele stroming naar de Waddenzee vervoerd. De Waddenzee is bekend als nursery, het is daar dat de meeste larven metamorphoseren tot een kleine schol. Maar als de eieren in de gyre-beweging komen, blijven zij voor de Belgische kust en metamorphoseren in de ondiepe kustwateren. Deze kustwateren hebben een temperatuur die zeer afhankelijk is van de atmosferische temperatuur. Deze temperatuur variëert dan ook sterk in functie van de tijd. Aan de hand van deze temperatuur kan men 2 watermassa's ondershceiden. Namelijk een watermassa die langs de kust ligt en waar de circulaire gyre-beweging heerst. En een watermassa die op minstens 45 km van de kust gelegen is en waar de temperatuur meer konstant is. De viseieren kunnen van de ene watermassa naar de andere diffunderen. Diffusie is het enige transportmiddel voor de viseieren om naar de kustwateren te komen. Deze diffusie werd in funktie van de temperatuur van het zeewater bestudeerd.

Alle informatie in het Integrated Marine Information System (IMIS) valt onder het VLIZ Privacy beleid Top | Auteur