Herstel van zoetzoutovergangen is tegenwoordig een belangrijke doelstelling in het water- en natuurbeleid. Veel projecten zijn uitgevoerd, nog meer projecten zijn in verschillende fasen van voorbereid, met Haringvliet als vlaggenschip. Recent zijn evaluaties uitgevoerd van de voortgang van het beleid met betrekking tot ecologisch herstel. Ook de beschrijving van de toestand van de natuur in bijvoorbeeld een Natuurbalans geeft inzicht in het succes. In de presentatie wordt duidelijk gemaakt dat er al veel is bereikt, met name in de vorm van veel kleine projecten, maar dat het twijfelachtig is of de beleidsdoelstellingen van behoud en herstel kunnen worden gehaald. Voor belangrijke estuariene karakteristieken is de trend neerwaarts, zonder veel zicht op ombuiging in de nabij toekomst. Belangrijke knelpunten zijn het naijlen van het beleid (eerst de ingreep, daarna herstel proberen te realiseren in een vol land) en autonome ontwikkelingen, samen te vatten als toenemende 'ruimtedruk'. Door de globale omschrijving van de beleidsdoelen en het gebrek aan goede graadmeters voor evaluatie is er onvoldoende 'tegendruk'. Vervolgens wordt ingegaan op mogelijkheden om het beleid met betrekking tot herstel van zoutzoetovergangen effectiever te maken. Betoogd wordt dat het succes met name zal afhangen van twee zaken. 1) Sterker inzetten op daadwerkelijk realiseren van grootschalig maatregelen en herstel van natuurlijke processen. Maatschappelijke en klimatologische ontwikkelingen bieden kansen. 2) Concretiseren van mogelijke alternatieve doelen, en kwantificeren van de daarvoor benodigde maatregelen. Aan de hand daarvan kan dan in de maatschappelijke discussie een goede, zichtbare afweging plaatsvinden met andere belangen.
Alle informatie in het Integrated Marine Information System (IMIS) valt onder het VLIZ Privacy beleid