De stortstrategie "Walsoorden": een nieuwe benadering voor het beheren van de morfologie en de ecologie van de Westerschelde [POSTER]
Ides, S.; Plancke, Y.; De Mulder, T.; Mostaert, F.; Peters, J.J. (2006). De stortstrategie "Walsoorden": een nieuwe benadering voor het beheren van de morfologie en de ecologie van de Westerschelde [POSTER], in: Congres watersysteemkennis: studiedag 'water en sediment', donderdag 16 november 2006, Vlaamse Milieumaatschappij, auditorium Dr. De Moorstraat 24-26, Aalst: posters. pp. 8
In: (2006). Congres watersysteemkennis: studiedag 'water en sediment', donderdag 16 november 2006, Vlaamse Milieumaatschappij, auditorium Dr. De Moorstraat 24-26, Aalst: posters. Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid (CIW): [s.l.]. 13 pp., meer
Het Port of Antwerp Expert Team (PAET) formuleerde in 2001 het idee om baggerspecie aan te wenden om het Schelde-estuarium morfologisch en ecologisch gezonder te maken. Als pilootproject binnen dit morfologische beheer voor het estuarium stelde PAET voor baggerspecie aan te brengen aan de rand van de plaat van Walsoorden in plaats van in de vloedgeul. Dit idee beoogt een aanpassing van het plaat- en geulenstelsel met als doel een betere splitsing van de vloedstroming (behoud meergeulsysteem) en op termijn een verbetering van de ecologische kwaliteit van de plaat van Walsoorden en mogelijk een afname van de baggerinspanning door een verhoogd zelf-eroderend vermogen van de stroming op de naastgelegen drempel. Hierdoor wordt pro-actief bijgedragen aan de doelstellingen van de Lange Termijn Visie voor het Schelde-estuarium. De haalbaarheid van dit idee werd in 2002 - 2003 in opdracht van ProSes door het Waterbouwkundig Laboratorium onderzocht. Eind 2004 werd gedurende 1 maand 500.000 m3 zand met behulp van een sproeiponton aangebracht nabij de plaat van Walsoorden. De stortproef werd opgevolgd met een intensief monitoringprogramma, met zowel aandacht voor morfologische als ecologische ontwikkelingen. Op morfologisch gebied werd deze stortproef een succes: één jaar na uitvoering van de proef lag nog 85% van het materiaal ter plaatse. Ook de ecologische monitoring heeft een jaar na de proefstorting geen negatieve effecten getoond. Begin 2006 werd de stortproef verdergezet: opnieuw 500.000 m3 zand werd gestort. Deze nieuwe proefstorting wordt momenteel verder opgevolgd met het monitoringprogramma.
Alle informatie in het Integrated Marine Information System (IMIS) valt onder het VLIZ Privacy beleid